Posts

Posts uit april, 2020 tonen

3KK : wiskunde : sorteren

Afbeelding
Ga samen met je kleuter wandelen en verzamel stokken. Deze kunnen we gebruiken om te sorteren. Verdeel de stokken in twee groepen. De kleine stokken leggen we aan de ene kant en de grote stokken aan de andere kant. Verdeel de stokken in twee groepen. De dikke stokken en de dunne stokken. Leg de stokken op een rij. Van groot naar klein of van dik naar dun. Let erop dat het verschil tussen de stokken groot genoeg is en werk met maximaal 5 stokken.  Leg de stokken op een rij. Welke stok ligt als eerste en welke als laatste, tweede, derde. Wij kijken hier van links naar rechts. De eerste ligt aan de linker kant de laatste rechts.

2kk: wiskunde: sorteren

Afbeelding
Ga samen met je kleuter wandelen en verzamel stokken. Deze kunnen we gebruiken om te sorteren. Verdeel de stokken in twee groepen. De kleine stokken leggen we aan de ene kant en de grote stokken aan de andere kant. Verdeel de stokken in twee groepen. De dikke stokken en de dunne stokken. Leg de stokken op een rij. Van klein naar groot of van groot naar klein. Let erop dat het verschil tussen de stokken groot genoeg is en werk met maximaal 5 stokken.  Leg de stokken op een rij. Welke stok ligt als eerste en welke als laatste, tweede, derde. Wij kijken hier van links naar rechts. De eerste ligt aan de linker kant de laatste rechts.

1 KK: wiskunde: sorteren

Afbeelding
Ga samen met je kleuter wandelen en verzamel stokken. Deze kunnen we gebruiken om te sorteren. Verdeel de stokken in twee groepen. De kleine stokken leggen we aan de ene kant en de grote stokken aan de andere kant. Verdeel de stokken in twee groepen. De dikke stokken en de dunne stokken. Leg de stokken op een rij. Van klein naar groot of van groot naar klein. Let erop dat het verschil tussen de stokken groot genoeg is en werk met maximaal 5 stokken.  Leg de stokken op een rij. Welke stok ligt als eerste en welke als laatste. Wij kijken hier van links naar rechts. De eerste ligt aan de linker kant de laatste rechts.  

2KK : wiskunde: tellen

Afbeelding
Al spelende leren. Als je aan de slag gaat met tellen zijn speelkaarten het ideale middel. Er zijn heel wat spelletjes die je kan spelen met je kleuter. Hieronder enkele ideeën. Spel 1: even veel  Haal alle kaarten van 1 tot en met 6 uit de stapel. Hiermee ga je aan de slag. Leg de kaarten op de tafel. Geef je kleuter een potje met knopen (of iets anders klein bijvoorbeeld snippers papier) Vraag aan je kleuter om de grote symbolen te tellen. Nadien vraag je hun om evenveel knopen/papiersnippers te leggen)  pijl = groot symbool Spel 2: evenveel zoeken Haal alle kaarten van 1 tot en met 6 uit de stapel. Hiermee ga je aan de slag. Leg ze open op de tafel. Jou kleuter zoekt nu kaarten met het zelfde aantal en draait deze kaarten dan om. Spel 3: Wie heeft het meest? Haal alle kaarten van 1 tot en met 4 uit de stapel. Hiermee ga je aan de slag. Verdeel deze kaarten nu in twee stapels. 1 stapel voor jou en 1 voor je kleuter. Draai om de beurt een...

3KK: wiskunde: tellen tot en met 10

Afbeelding
Al spelende leren. Als je aan de slag gaat met tellen zijn speelkaarten het ideale middel. Er zijn heel wat spelletjes die je kan spelen met je kleuter. Hieronder enkele ideeën. Spel 1: even veel  Haal de rode kaarten van 1 tot en met 10 uit de stapel. (anders worden het teveel kaarten) Hiermee ga je aan de slag. Leg de kaarten op de tafel. Geef je kleuter een potje met knopen (of iets anders klein bijvoorbeeld snippers papier) Vraag aan je kleuter om de grote symbolen te tellen. Nadien vraag je hun om evenveel knopen/papiersnippers te leggen)  pijl = groot symbool Spel 2: evenveel zoeken Haal alle kaarten van 1 tot en met 10 uit de stapel. Hiermee ga je aan de slag. Leg ze open op de tafel. Jou kleuter zoekt nu kaarten met het zelfde aantal en draait deze kaarten dan om. Spel 3: Wie heeft het meest? Haal alle kaarten van 1 tot en met 10 uit de stapel. Hiermee ga je aan de slag. Verdeel deze kaarten nu in twee stapels. 1 stapel ...

1 KK: wiskunde: in/uit

Afbeelding
De begrippen in/uit zijn niet gemakkelijk. Je kan dit oefenen door deze te benoemen wanneer je kleuter in/uit de doos is. Voorbeeld: Nu zit je in de doos. Voorbeeld: nu ben je uit de doos. Je kan ook vragen aan je kleuter om zijn knuffel in de doos te stoppen of uit de doos te nemen. Voorbeeld: Zet je knuffel in de doos. Voorbeeld: haal je knuffel uit de doos. 

3KK: woordkaarten thema mijn mama is zwanger

Afbeelding
Woordkaarten thema mijn mama is zwanger Filmpje: 

3KK: woordkaarten thema algemene woorden rond Sinterklaas

Afbeelding
woordkaarten thema algemene woorden rond Sinterklaas Filmpje:  thema algemene woorden rond Sinterklaas

2KK: woordkaarten De baby

Afbeelding
woordkaarten thema De baby Filmpje: 

1KK: woordkaarten thema De herfst

Afbeelding
woordkaarten thema De herfst Filmpje:  thema de herfst

3KK: woordkaarten thema Wij zijn niet hetzelfde, iedereen is uniek

Afbeelding
Woordkaarten thema iedereen is hetzelfde, iedereen is uniek Filmpje: